Lokaal woonoverleg
Bij de invulling van de gemeentelijke regisseursrol op het vlak van het lokaal woonbeleid neemt het lokaal woonoverleg een centrale plaats in. Lokaal woonoverleg is het overleg tussen de lokale woonactoren onder verantwoordelijkheid van de gemeente, voor de uitwerking, sturing, afstemming en uitvoering van het lokaal woonbeleid.
Artikel 2.2 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021 bepaalt dat een gemeente de lokale woonactoren, de lokale welzijnsorganisaties en het agentschap Wonen in Vlaanderen dient uit te nodigen voor een lokaal woonoverleg. De sociale woonorganisaties zijn verplicht in te gaan op de vraag tot overleg, de andere actoren niet. Doorgaans nemen volgende partners deel:
- Woonwinkel (IGS Woonbeleid Zennevallei): Neemt de coördinatie op van het lokaal woonoverleg
- Gemeentelijke diensten zoals sociale dienst, ruimtelijke ordening, ...
- Burgemeester en schepen bevoegd voor wonen/welzijn,
- Woonmaatschappij
- CAW
- Afhankelijke van de thema's: politie of andere (welzijns)partners
Er dient minimaal 2x per jaar in elke gemeente een lokaal woonoverleg plaats te vinden
Naast steeds terugkerende onderwerpen (zoals de sociale woonprojecten) worden ook andere huisvesting gerelateerde thema’s geagendeerd, dit om meer zicht te krijgen op regionale knelpunten en problematieken. Zo wordt de stand van zaken rond leegstand teruggekoppeld op het lokaal woonoverleg en vindt er regelmatig een bespreking plaats van de gemeentelijke ruimtelijke beleidsinstrumenten.